Pinksteren
Op de pinksterdag wordt de Heilige Geest uitgestort (Lees Hand. 2) en vanaf die dag is er een goddelijke bron geopend, waaruit het kind van God vrij mag drinken. God wil u, vanaf dat moment vervullen met de Heilige Geest en met kracht (Ef.5:18).
Mits de Heilige Geest de ruimte krijgt in ons leven, wil de Heer ook door verschillende geestelijke gaven (zie 1 Kor.12), door alle kinderen Gods heen gaan werken. We worden daardoor als lichaam van Christus zichtbaar. Met name worden we allemaal in 1 Kor.14 aangemoedigd om ons uit te strekken om te profeteren. Pinksteren houdt dus ook in dat God gaat spreken en werken door gewone mensen.
Lees de belofte is in Hand.2: 17, 18: “En het zal zijn in de laatste dagen, zegt God, dat Ik zal uitstorten van mijn Geest op alle vlees; en uw zonen en uw dochters zullen gezichten zien, en uw ouderen zullen dromen dromen: ja, zelfs op mijn dienstknechten en mijn dienstmaagden zal ik in die dagen van mijn Geest uitstorten en zij zullen profeteren.”
De gaven van de Geest.
De gaven van de Heilige Geest functioneerde vroeger in het oude testament alleen door enkele mensen, vandaag wil God echter zijn Geest uitstorten over alle vlees, iedereen dus. Vroeger gaven alleen de profeten boodschappen van God door (profeteren), nu wil God door elkeen spreken in de gemeente.
Helaas zien we momenteel dat in veel kerken profetie niet of nauwelijks meer voor komt, simpelweg omdat men er zich niet meer naar uitstrekt. Dit is een groot gemis, want door profetie zal Gods stem kunnen klinken in de samenkomsten en dat hebben we nodig. God wil nog steeds bemoeienis hebben met de mens en hem op deze manier richting geven en leiden. Dikwijls zijn mensen in de Gemeente vroeger bemoedigd door het bovennatuurlijk spreken van God over soms moeilijke situaties. Aan de andere kant is er geloof voor nodig (Rom.12:7), om ook zelf door de Heer op deze manier gebruikt te kunnen worden.
De gave van profetie wat is dat precies? Door de gave van profetie mogen we een door de1_(54)Heilige Geest geïnspireerde boodschap uitspreken in de gemeente, die dus rechtstreeks van God komt. De Geest van God gebruikt dan alleen onze mond om Zijn boodschap door te geven.
Men kan dus niet van tevoren al weten wat men gaat zeggen. We moeten ook zorgen dat we volkomen vrij van invloeden van buiten af zijn, ons niet laten leiden door menselijke gedachten en dan bijvoorbeeld bewust over zaken gaan profeteren waarover we al voorkennis hadden. Een dergelijke profetie is geen profetie, maar slechts woorden uit onze eigen gedachten.
Kenmerken van profetie.
In 1 Kor.14: 3 lezen we van de kenmerken of eigenschappen van een profetie, waar we de boodschap ook op mogen toetsen. “Maar wie profeteert spreekt voor de mensen stichtend, vermanend en bemoedigend”. Een profetie is dus altijd: stichtend, vermanend, bemoedigend. Een profetie is dus nooit afbrekend, maar altijd opbouwend.
Profeteren is dus ook geen voorspellingen doen over de toekomst. Het is uitsluitend stichtend, vermanend en bemoedigend spreken. Degenen die dachten dat zij de toekomst konden voorzeggen omdat zij die gave bezitten, hebben soms voor verwarring gezorgd in gemeenten.
Soms hoor je ook de opmerking: “Ik kon mijn mond niet houden, ik moest spreken ” of “ik kon niet wachten met het uitspreken”. Dit is niet van de Geest van God, maar komt uit onze eigen gedachten. Gods Geest dwingt niemand om te spreken. De Bijbel zegt: “de geesten der profeten zijn aan de profeten onderworpen, want God is geen God van wanorde, maar van vrede”. 1 Kor.14:31-33.
In Openb. 19:10 lezen we: “Het getuigenis van Jezus is de geest van de profetie”. Dit betekent, dat een profetische uiting steeds weer betrokken moet (kunnen) worden op Jezus, op zijn werk van verlossing, waarbij ook het aspect van het oordeel niet achter hoeft te blijven. Bij de toetsing mogen we dan ook de vraag stellen: ‘Gaat het in deze profetische uiting om Jezus?’
Wanneer het woord profetie in het nieuwe testament gebruikt wordt, dan gaat het om profetie uitgesproken door nog onvolmaakte mensen, maar wel geïnspireerd door de Heilige Geest. Profetie is echter beslist geen aanvulling op de Bijbel, ze voegt geen nieuwe openbaring toe, Openb. 22:18,19. De Geest zal ook nooit ingaan tegen het Woord van God.
Profetieën die in de Bijbel zijn opgenomen zijn dus altijd zuiver, het Woord van de Heer dus. Maar… dat is anders als het gaat om gemeente-profetie? Dan zegt de Bijbel in 1Kor. 13:9 “Want wij kennen ten dele, en wij profeteren ten dele” , dus onvolmaakt.
Met andere woorden: een profetie behoort wel gedreven te zijn door Gods Geest, maar kan soms toch menselijke elementen bevatten of niet volledig zijn. Daarom is een toetst niet alleen voor de ontvanger belangrijk, maar ook voor de gever van de profetie. Een gezonde terugkoppeling kan de gave en bediening van profetie verder ontwikkelen! Het kan ook zijn dat een “beperkte” profetie door een andere profetie aangevuld wordt in de samenkomst.
In de Bijbel lezen wij 1 Kor. 14:5 : “Ik wilde wel dat gij allen in tongen sprak, maar liever nog, dat gij profeteerde.” Hieruit kunnen we opmaken dat Paulus door de Geest de foto2_3mensen aanspoort te bidden voor deze gave. Hij vond het goed dat alle gelovigen konden profeteren. “Want wie profeteert sticht de gemeente”(1 Kor.14:4). In 1 Kor.14:31 lezen wij : “Want gij kunt allen één voor één profeteren, opdat allen lering en allen opwekking er door ontvangen.”
Profeteren heeft dus nut want: De gemeente wordt door uw profetie opgebouwd, gesticht en vermaand. En u wordt door uw gehoorzaamheid ook gezegend, omdat God u kunt gebruiken als een kanaal van zegen.
Wij moeten profetieën niet zomaar aannemen of verwerpen, de Bijbel zegt “Dooft de Geest niet uit, veracht de profetieën niet, maar toets alles en behoudt het goede.” 1 Thess. 5: 19 en 20.
Het is wel goed en zelfs noodzakelijk om de profetieën te toetsen. Maar het is verkeerd en onbijbels om ze te verachten. Paulus spoorde Timotheüs aan zich te richten naar de profetieën die aangaande hem gesproken zijn : “Deze opdracht vertrouw ik u toe, mijn kind Timotheüs, in overeenstemming met de profetieën, die vroeger aangaande u zijn uitgesproken, opdat gij, u daarnaar richtend, de goede strijd strijdt met geloof en met een goed geweten. Omdat sommigen dit hebben verworpen, heeft hun geloof schipbreuk geleden.” 1 Tim. 1:18 en 19.
“1 Thess. 5: 19 en 20
Dooft de Geest niet uit, veracht de profetieën niet, maar toets alles en behoudt het goede.
Hier volgen enkele uitgangspunten om over na te denken:
Alle kinderen Gods die wederomgeboren zijn en vervuld met de Heilige Geest, kunnen zich uitstrekken naar de gave van profetie (1 Kor.14:1).
Veracht profetie nooit, maar toetst het aan de Bijbel. (1 Thess. 5:20-21)
Onthoudt dat de boodschap van een profetie, de woorden van God kunnen zijn. Maar de profetie wordt wel uitgesproken door een mens (1 Petr. 4:11 en 1 Cor. 13:9), maar een profetie zal in ieder geval nooit tegen de Bijbel ingaan.
Meestal komt een profetisch woord als een bevestiging van wat God al in het hart heeft gelegd. Als je weet dat een profetie iets voor je betekent, handel dan in geloof er naar.
Soms kan een profetie, tijd en verdere leiding nodig hebben, om volledig te worden begrepen. Ga daarom nooit direct naar een profetie leven, maar leg de profetie ook niet naast je neer, maar ga er altijd mee naar de Heer en wacht tot Hij het bevestigt.
Om over na te denken
Ervaar u de Heilige Geest ook in uw leven?